zaterdag 31 oktober 2015

Zingen: m'n tantes bloes

Inleiding
Dit is mijn liedje:

Ik speel zelf de begeleiding op de piano. En in de klas kan ik de begeleiding met een keyboard spelen.

Oriëntatie
Eerst vertel ik het doel van de les. Lesdoel: Het hele liedje goed op toon zingen met de hele klas. Daarna vertel ik wat we gaan doen. De kinderen van mijn stagegroep groep 8 hebben nog niet veel muziek gehad dit jaar. 

Uitleg/instructie
-Ik stel de luistervraag: 'waar gaat het liedje over?'
-Ik zing het voor
-Daarna vraag ik aan de kinderen wie mij kan uitleggen waar het liedje over gaat.
-Ik vertel iets over het ontstaan van de blues.
-Hierna zing ik het nog een keer en vraag waaraan ze horen dat het een blues is.
-Daarna zingen we het om en om. Ik zing de eerst zin en de kinderen zingen de volgende
-Als ik zie dat een stukje nog niet lukt zing ik dat stukje eerst voor en kunnen ze het na zingen.
-Als ze een vraag hebben steken ze hun vinger op.
-Dan proberen we het allemaal weer een keer te zingen. 
-Als dat goed lukt verdeel ik het liedje in jongens en meisjes. De eerste regel wordt door de meisjes gezongen en de tweede regel door de jongens enz.

Wat doen de kinderen?
-De kinderen luisteren goed naar het liedje.
-De kinderen zingen mee

Afsluiting
We zingen het liedje nog een keer met zijn allen. En ik geef aan het einde van de les nog feedback terug over hoe de les is verlopen.


maandag 19 oktober 2015

Grafische partituur: The Pink Panther

Inleiding
Dit is mijn grafische partituur:



Ik heb ook aangegeven wat alles betekent. één blokje is één tel en bij meerdere blokjes aan elkaar hou je de klap vast en bij de helft van een blokje klap je een halve tel.



Ik heb ook aangegeven wat herkenningspunten zijn in het liedje, want dan is het makkelijker te begrijpen wanneer je met een andere ritme kan beginnen.


Hoe ga ik deze les geven?

Oriëntatie
Eerst leg ik uit wat het lesdoel is. Lesdoel: met behulp van de grafische partituur de ritmes kunnen klappen bij het liedje. Daarna leg ik uit hoe we dat gaan doen. Ik stel eerst een luistervraag: 'Welke melodie komt twee keer terug in het liedje?' Hierna laat ik het liedje horen. De kinderen van mijn stagegroep, groep 8, hebben zelf heel weinig muziekles gehad, maar weten hoe ze moeten tellen en klappen. (De oriëntatie duurt max. 8 min.)

Uitleg/instructie
-Ik verdeel de kinderen in 3 groepen. In groep 1 negen kinderen, in groep 2 tien kinderen en in groep 3 vijf kinderen.
-Drie kinderen delen de grafische partituren en de instrumenten uit.
-Ik zeg dat ze nog niet met de instrumenten mogen spelen.
-Daarna gaan we de eerste maten oefenen (1 tot 21). Eerst met de hele klas één voor één de ritmes en dan even zelf oefenen.
-Hierna kunnen we het oefenen op muziek. (Dit duurt waarschijnlijk wel 10 minuten of meer en daarbij richt ik me op deze maten en ga ik daarna verder met het laatste punt).
-Als dat is gelukt is oefenen we maat 21 tot 37 (twee ritmes) en gaat groep 3 bij groep 1. Eerst met de hele klas één voor één de ritmes oefenen en dan even zelf oefenen.
-Ze mogen in het begin, als we met de hele klas oefenen, niet door elkaar heen klappen.
-Daarna laat ik eerst horen wanneer maat 21 komt en oefenen het daarna op muziek. 
-Als laatste oefenen we met zijn allen maat 37 tot 55 (twee ritmes). Op dezelfde  manier.
-Als dat is gelukt laat ik eerst horen wanneer maat 37 begint en daarna doen we het op muziek.
-Daarna oefenen we het lied weer met elkaar en kan ik nog een paar aanwijzingen geven, als het niet goed gaat. 

Wat doen de kinderen?
-De kinderen doen de ritmes mee.
-De kinderen luisteren als ik het voor doe.
-De kinderen oefenen de ritmes.

Afsluiting
Als afsluiting proberen we het met de hele klas helemaal goed te spelen. Ze kunnen daarna de blaadjes en instrumenten opruimen. Als dat is gebeurd geef ik nog wat feedback over de les.



zondag 18 oktober 2015

Loch Ness tekenen Oost-Indische inkt met ecoline

Onderwijsdoel:

Betekenis
Voor deze opdracht moesten we met Oost-Indische inkt en ecoline een monster maken. Daarbij moesten we letten op wat een monster eng maakt. Ik vond het zelf een hele leuke opdracht. Vooral ook omdat ik tekenen heel leuk vind en het interessant vind om een keer te tekenen met ecoline en Oost-Indische inkt, wat een heel ander effect geeft dan bijvoorbeeld potlood. De associatie die ik bij deze opdracht kreeg was dat er veel details in zouden komen, doordat je met Oost-Indische inkt werkt. Ook dacht ik aan water en monsters omdat het thema Loch Ness is.

Vorm
De beeldaspecten die ik bij deze tekening heb gebruikt zijn dieptesuggestie en kleurgebruik.


Op deze foto zie je goed hoe ik de dieptesuggestie heb verwerkt in mijn tekening. Ik heb de staart kort getekend en hij loopt naar steeds kleiner. Hierdoor lijkt de staart verder weg te lopen. Ook heb ik op het hoofd meer details getekend dan op de staart, wat diepte suggereert. 


Je ziet in deze tekening veel koud-warm contrast. De koude kleur blauw bijvoorbeeld met de warme kleur rood op de achtergrond, en de koude groene kleur en de warme rode kleur op het beest.

Materie
Voor deze opdracht hebben we met dikker papier gewerkt, Oost-Indische inkt, kroontjespen (in 2 verschillende maten), ecoline en kwasten. De materialen vond ik erg geschikt voor deze opdracht omdat je bij monsters vaak ook denkt aan schubben en hoekige tanden, en met kroontjespennen kan je dunne lijnen trekken. Het papier kreukelde ook niet snel, want als je het op gewoon kopieerpapier zou moeten doen was het niet zo mooi geworden. En de ecoline was met veel water een goede combinatie met de Oost-Indische inkt omdat je die er gewoon door de ecoline nog doorheen kon zien. Misschien was het leuk geweest als er wat papiertjes met patronen bij waren geweest van vachten bijvoorbeeld om inspiratie uit te halen.

Beschouwing
Deze afbeelding was uiteindelijk mijn inspiratie geweest uit de 5 andere afbeeldingen die ik had opgezocht.


Zoals je ziet is de tekening vrij veel hetzelfde gebleven. Het beest heeft bij mijn tekening schubben gekregen en op de achtergrond zie je in mijn tekening nog een bootje. Ook heb ik de beesten ernaast niet gebruikt. Dit monster leeft in het water, wat ook hoort bij het monster van Loch Ness. Waardoor ik dit een hele goede inspiratiebron vond. Uit deze tekening kan je ook heel goed opmaken wat een monster zo eng maakt, wat we ook in de les hebben geleerd. Je ziet op de foto natuurlijk al snel de gevaarlijke tanden en wat het beest ook eng maakt is dat het in kikkerperspectief is. In de les werden ook voorbeelden gegeven van enge ogen maar dat is niet zo van toepassing bij dit monster, want de ogen vallen niet zo op in de afbeelding.


Hierboven zie je dat ik die enge scherpe tanden en natuurlijk dezelfde positie ook heb gebruikt om het monster eng te maken. Maar je ziet dat ik de ogen gemener heb gemaakt dan op de afbeelding zelf te zien was. Voor een extra eng effect.

Werkwijze
Met deze techniek heb ik heel lang geleden wel eens op de basisschool gewerkt, en ik had daar goede ervaringen mee. Dus vond ik het heel leuk om dat weer eens te doen. Tijdens het werken had ik gemerkt dat je met het kleine pennetje heel veel moest dippen in de inkt en dat ik daarna veel meer de grote pen ging gebruiken omdat dat sneller ging. De Oost-Indische inkt was heel mooi bij de tekening maar wat wel lastig was, was dat het snel te donker was dus moest je heel veel water gebruiken. Tijdens de opdrachten moest je veel details tekenen, maar dat maakt het ook wel weer leuk.

Onderzoek
Dit is mijn proces:
De voorbereiding was dat ik vijf afbeeldingen zou opzoeken. Hiervan had ik er één gekozen waarmee ik verder ging. Eerst begon ik met een schets met potlood op gewoon papier en daarna op het papier waar je op zou gaan tekenen.


Hierboven zie je de ruwe schets van mijn uiteindelijke tekening. Het bootje vond ik wel een leuke toevoeging doordat het zo onschuldig was, ze weten niet wat onder het water zwemt.


Hier begin ik met de details met Oost-Indische inkt aan te brengen. Op de plekken waar het donker moest zijn heb ik meer stippen aangebracht dan op de plekken waar het licht moest zijn.


Het bootje met de twee poppetjes heb ik zwart gemaakt omdat het in de late avond is en door de late avond je het bootje niet meer zo goed ziet. En omdat het de tekening mysterieuzer maakt.


Hier heb ik bijna alle details aangebracht.


En uiteindelijk heb ik de tekening ingekleurd met ecoline, en is dit het eindresultaat.

Wat vind je geslaagd?
Ik vind dat vooral het monster er heel eng uitziet. Wat ik ook graag wilde. Dat het monster eng was kwam vooral doordat ik de drie dingen die een monster eng maken erin heb verwerkt. En ik vind dat het bootje ook wel leuk gelukt is, omdat het daardoor wat meer sfeer geeft.

Wat kom beter?
Ik had nog wat meer kleurdetails willen aanbrengen bij het monster en wat schaduw. Hierdoor zou het beest er misschien echter en mooier hebben uitgezien.

Lesopbouw:

Materiaal
-Oost-Indische inkt
-kroontjespen
-kopieerpapier
-dikpapier voor de ansichtkaart
-ecoline
-kwasten
-kopjes om water in te doen
De materialen worden uitgedeeld door de kinderen die die week uit moeten delen

Lesdoel

Het maken van een affiche die er monsterlijk uitziet, door gebruik te maken van wat een monster eng maakt zoals perspectief en scherpe tanden. Ook kunnen ze details tekenen met de kroontjespen.

Oriëntatie:
-Introductie
De groep die ik deze les ga geven is groep 8. Ik vertel over het verhaal van Loch Ness, over dat mensen geloven dat hij echt bestaat en waarom ze dat doen. Ik vraag of zij geloven in het monster van Loch-Ness.

-Informatie
Ik geef een paar voorbeelden van monsters. En stel de vraag wat is een monster eigenlijk? Wat maakt een monster eng? Ik laat ook een paar voorbeelden van tekeningen met Oost-Indische inkt zien.

-Instructie
Ik leg uit wat we gaan doen. We gaan een ansichtkaart maken van het monster van Loch Ness. Eerst maak je op een kladblaadje een schets van een monster. Daarna teken je dat met potlood op het papier waar je ook op gaat werken met Oost-Indische inkt. Nadat je een monster hebt geschetst kun je met Oost-Indische inkt de details intekenen. Ik vertel dat ze beter niet de lijnen kunnen overtrekken omdat het er dan meer cartoonachtig uit ziet. Als dat klaar kunnen ze met ecoline hun monster inkleuren.
Voor inspiratie projecteer ik een paar voorbeelden van monsters op het bord en krijgen de kinderen blaadjes met patronen. Door de blaadjes met patronen krijgen ze inspiratie over de huid van het monster.

Begeleiding:
De reflectievragen voor deze opdracht zijn: Vind je het monster eng? Ik verwacht dat ze hulp nodig hebben met hoe je het pennetje moet gebruiken. Je moet het er niet te diep in de inkt steken. Ze zullen ook vragen hebben over hoe ze de ecoline moeten gebruiken. Als tip kan ik geven om veel water te gebruiken. De doelen zijn dat het dier er eng uit moet zien en er details in de huid verwerkt zijn.

Afronding
De kinderen moeten de kwast en pennen schoonmaken en opruimen. En een paar kinderen ruimen de potjes met Oost-Indische inkt op. We reflecteren over de tekeningen. Als evaluatie leggen we eerst op een tafel alle tekeningen naast elkaar en kijken we samen wat voor opvallende verschillen ze zien. Ik vraag ook of ze een heel eng monster zien, en waarom dat zo is. Ik vraag als laatst nog aan een paar kinderen wat voor keuzes ze hebben gemaakt en wat ze lastig vonden. De tekeningen kunnen ze daarna op de tafel buiten de klas leggen om te drogen.

 Op het eind reflecteer ik met de kinderen op de les.

maandag 12 oktober 2015

Reflectie bozbezbozzel

Betekenis
Voor deze opdracht moesten we met alleen een papier, een mes en een prikker een 3D dier maken. We konden hiervoor met zijn tweeën werken, ik werkte voor deze opdracht samen met Ymke. Van te voren moest je twee foto's van dieren met elkaar combineren, en daar een collage van maken. Hier heb ik geprobeerd gebruik van te maken in mijn opdracht. Door de voorbereidingsopdracht en de foto's had ik bij deze opdracht de associatie dat er rare dieren uit zouden komen. Maar ik had wel verwacht dat het makkelijker zou zijn om het 3D dier te maken wat je in je hoofd had, maar dat bleek eigenlijk niet zo te zijn.

Vorm
Het beeldaspect dat ik voor deze opdracht heb gebruikt is natuurlijk dat het er zo 3D mogelijk uitziet.


In deze afbeelding hierboven zie je bijvoorbeeld dat we hebben geprobeerd hem te laten staan zoals een echt beest.


In deze afbeelding zie je dat we geprobeerd hebben rondingen in het lichaam aan te brengen door de rug bol te laten lopen en schubben als vacht te maken door er stukjes uit te knippen. De kleuren die we hebben gebruikt waren allemaal zwart. Dat kwam doordat we alleen zwart papier kregen, wat het moeilijker maakte om een leuk dier te maken.

Materie 
Voor deze opdracht hebben we zwart en grijs papier, een mes, een snijplankje, een prikpen en een matje om op te prikken gekregen. Door de weinige materialen die je kreeg moest je echt je creativiteit gebruiken om er iets moois van te maken. Daardoor vond ik de opdracht leuk om te doen. Wat misschien nog leuker was geweest was om verschillende kleuren papier. Daardoor zouden de resultaten fleuriger worden.

Beschouwing
Voor deze opdracht moesten we een collage moeten maken, ik heb hiervoor deze dieren gekozen en samengevoegd.


Deze foto vond ik zelf erg grappig. We wilde eerst gebruik maken van deze foto als inspiratie maar uiteindelijk was het toch het paard en de slang geworden. We hadden al konijnenoren geknipt, maar doordat het meer op ogen leken hebben we er slangenogen van gemaakt.


De meeste inspiratie is uit deze foto gehaald. Ons dier heeft een slangenkop zoals je op de foto ziet. Het dier dat we hebben gemaakt heeft ook schubben als een slang, we hebben dus de twee dieren in ons eindontwerp meer gemengd.  En we hebben van het paard van de staart en benen gebruik gemaakt.


Deze heb ik eigenlijk bijna niet gebruikt. Ik heb hierbij een uil en een vis samengevoegd.


Op deze foto zie je de slangenkop, schubben, benen en staart goed terug.
Ook zie je hoe we van de witten oren ogen hebben gemaakt, door er dus zwarte rondjes in te plakken.

Werkwijze
Ik heb wel vaker met papier gewerkt, vooral op de basisschool. Maar ik had nog nooit iets van 3D gemaakt en dat je geen lijm mag gebruiken. Hierdoor was het op het begin best moeilijk doordat ik nog echt uit moest zoeken hoe ik het beest in elkaar zou moeten zetten. Je moest goed nadenken hoe je de papieren in elkaar moest steken. Maar uiteindelijk lukte het best goed.

Onderzoek
Dit is mijn proces:
De voorbereiding voor deze opdracht was de collage, die ik ook heb gebruikt. Eerst begonnen we na te denken over hoe we het zouden laten staan.


We hadden bedacht om twee blaadjes rechtop te zetten en daar een gat in te knippen als blijk van benen. En dan zouden we daar de bolle rug in zetten, maar omdat dat niet goed bleef staan hadden we bedacht om een ronde staaf tussen de benen te doen. Dit werkte heel erg goed. In die staaf hebben we op het einde ook geknipt waardoor het meer op een staart zou lijken.


Toen hebben we de schubben in de rug gemaakt en op de benen geschoven. Hierdoor had het meer de vorm van een paardenrug, maar dan met schubben als huid.


Daarna hebben we met een mesje het hoofd uitgesneden en met een prikpen de ogen uitgeprikt. Hierboven zie je hoe we te werk zijn gegaan.


En hierboven zie je het eindresultaat

Wat vind je geslaagd?
Wat ik het meest vind geslaagd is het eindresultaat omdat ik hem er best schattig uit vind zien en je ziet de dieren de we gebruikte er ook een beetje in terug.

Wat kon beter?
Ik vind dat we misschien nog gebruik hadden kunnen maken van het grijze papier omdat er dan meer kleurverschil in zit wat het mooier maakt. Wat ook misschien beter had gekund is nog wat meer details, maar jammer genoeg hadden we daar niet genoeg tijd voor.





maandag 14 september 2015

Reflectie beeldend herfst park

Betekenis
Voor deze opdracht moesten we een foto van een park in de herfst naschilderen. Ik heb voor deze opdracht geprobeerd goed rekening te houden met de informatie die we kregen in de les en gebruik te maken van de ideeën die ik heb over de herfst. De associatie die ik bij dit onderwerp had was natuurlijk de vele herfstkleuren zoals rood, geel en bruin. Maar ik dacht ook meteen aan de rust, er zijn dan minder mensen in het park, omdat het kouder wordt en het dus niet zo druk is als de warme zomer.

Vorm
Ik heb een mijn tekening een paar beeldaspecten toegevoegd zoals dieptesuggestie en kleur.




Op deze foto is te zien hoe ik gebruik heb gemaakt van de dieptesuggestie. Ik heb hier de horizon getekend en één boom op de voorgrond die dichterbij staat en groter is waardoor je ziet dat die dichterbij staat.




Op deze foto heb ik ook nog wat gedaan aan de dieptesuggestie door de voorste boom meer details te geven dan de andere bomen. In mijn tekening zie je ook  licht-donkercontrast zoals je ziet in de donkere kleur van de boomstammen en de lichte kleur van het gras. Ook zie je een beetje koud-warmcontrast. Ik heb vooral warme kleuren gebruikt omdat die natuurlijk een beetje bij de herfst hoort. Maar voor het beetje lucht dat te zien is heb ik een koele kleur blauw gebruikt. De kleuren die ik het meest heb gebruikt liggen dicht bij elkaar in de kleurencirkel

Materie
Voor deze opdracht heb ik een kwast, pakkaatverf, papier, foto, water, krant en potlood gebruikt. De materialen vond ik erg geschikt voor deze opdracht. Het papier was best dik en we hadden veel verf, dus had iedereen genoeg en dat werkt wel makkelijk. Een handige gereedschap was 'een kwast waar de haartjes wat uit elkaar staan' nog geweest voor deze opdracht.

Beschouwing
Dit is de afbeelding die ik heb gekozen om na te schilderen.


In deze afbeelding zie je veel herfsttinten wat ik ook heb geprobeerd terug te brengen in mijn tekening en je ziet dat het een vrij donkere herfst park is er is weinig licht te zien en veel bomen. Er liggen in de tekening ook bladeren op de grond wat ook erg bij de herfst hoort. In mijn tekening heb ik geprobeerd de schaduw die in de foto terug te zien is terug te brengen. Doordat er veel bladeren waren in de bomen heb ik de bladeren getekend door kleine vlekjes met mijn kwast aan te brengen. Uiteindelijk was dit het resultaat.


Werkwijze
Met deze techniek heb ik eerder gewerkt vooral op de bassischool maar ook wel een beetje op de middelbare school. Ik ontdekte wel dat het handig was om heel veel water eerst te gebruiken om lichte kleuren te creëren. Het werken met veel water vond ik ook wel lastig omdat het toch nog moeilijk was een lichte kleur te krijgen ook als je heel veel water gebruikt. Uiteindelijk ontdekte ik dat als je wat minder verf op je kwast doet het al snel beter gaat.

Onderzoek
Dit is mijn proces:
Als voorbereiding voor deze opdracht heb ik vijf afbeelding opgezocht van een park in de herfst op google afbeeldingen. Uiteindelijk heb ik er één uitgekozen die ik dus heb nageschildert. Eerst begon ik met de horizon voor de dieptesuggestie zoals we in de les hebben geleerd. Daarna tekende ik met potlood de bomen erbij en één boom op de voorgrond en de andere op de achtergrond wat ook voor dieptesuggestie zorgt. 


Hierna kon ik eindelijk met het verven beginnen en ik begon daarmee door eerst heel veel water te gebruiken. 



Hierdoor kon je makkelijk daarna de donkerdere stukjes van het schilderij aanbrengen. Ook heb ik de voorste boom wat meer detail gegeven wat ook een beetje zorgt voor de diepte. 



Als laatst heb ik nog voor wat schaduw bij de bomen gezorgd.



Wat vind ik geslaagd?
Wat ik vooral erg geslaagd is vind ik dat je goed ziet welke boom dichtbij is en welke bomen ver weg staan. Dat vond ik goed door horizon, grote en meer en minder details die ik heb aangepast.

Wat kon beter?
Wat ik beter had kunnen doen is het gras. Het gras had misschien wat meer groentinten  kunnen hebben en wat meer details.

vrijdag 11 september 2015

Mijn eerste bericht

Hallo ik ben Chantal, 17 jaar en studeer aan de pabo. Dit wordt mijn eerste blog. Hier ga ik de opdrachten in stoppen voor de kunstvakken op de pabo. De kunstvakken zijn muziek, beeldend en drama. Maar ook onderwerpen over de stage.